Lucy is de naam die gegeven werd aan het fossiele skelet van een in Ethiopie gevonden voorloper van de mens: een Australopithecus. Lucy is 3,2 miljoen jaar oud en Australopithecus-achtige wezens zijn de oudste voorlopers van de mens die we kennen sinds de afsplitsing van de apen zo'n 5 tot 7 miljoen jaar geleden. Australopithecus liep rechtop, maar had hersenen die niet groter waren dan die van moderne mensapen. In de titel neemt Jolly Lucy als uitgangspunt, maar in het boek zelf komt Lucy nauwelijks nog aan de orde. De ondertitel is wat dat betreft informatiever. "Lucy's legacy" gaat over evolutie, sex en intelligentie, en vooral ook over de vaak onderbelichte of gebagatalliseerde rol van vrouwen daarbij. Lucy's nalatenschap is het delen van voedsel, de ontwikkeling van het taalvermogen, de vorming van banden over generatiegrenzen heen en migratie van de ene plaats naar de andere en van de ene groep naar de andere. Vrouwen zouden op die voor de evolutie van de mens cruciale terreinen een grotere rol gespeeld kunnen hebben dan mannen. Of Lucy een vrouw was, is overigens nog maar de vraag, uit de fossiele botten is dat niet eenduidig op te maken. Maar dat doet er ook niet toe: mannen en vrouwen werken met elkaar samen en worden verliefd op elkaar. Dat hun belangen niet altijd parallel lopen is een andere zaak. Jolly legt uit hoe we zo slim geworden zijn, wat sex ermee te maken heeft en hoe onze hersenen de belangrijkste kracht in het evolutieproces geworden zijn: menselijke hersenen (mis)vormen de wereld.
In 1972 schreef Alison Jolly "The evolution of primate behavior". Centraal in dat boek stond het thema dat primaten, inclusief de mens, alleen als sociale wezens begrepen kunnen worden. Ieder aspect van ons gedrag is afhankelijk van de aard en ondersteuning vanuit de samenleving waarin we leven. We zijn individuen, maar onze individualiteit evolueerde binnen het kader van en dankzij een wederzijdse afhankelijkheid. Sociale intelligentie ging vooraf aan de "technische intelligentie" die leidde tot het gebruik en de produktie van steeds gecompliceerdere werktuigen. Sinds 1972 hebben de ontwikkelingen in het gedragsonderzoek niet stilgestaan en Jolly, een vooraanstaand primatologe die onderzoek doet aan lemuren in Madagascar biedt in "Lucy's nalatenschap" een boeiend en actueel overzicht. Het is een voordeel dat ze daarbij ook regelmatig verwijst naar de primaten die ze zelf bestudeert: lemuren, de primaten van Madagascar, kom je in andere boeken niet zo vaak tegen. Hoeveel mensen weten dat bij lemuren de vrouwen dominant zijn?
"Lucy's nalatenschap" is in vieren gedeeld. Deel 1 "Evolution" besteedt aandacht aan de basisprincipes van evolutie. Natuurlijke en sexuele selectie komen uitgebreid aan bod. Volgens Jolly is de drijvende kracht in de evolutie de opbouw van grotere organismen die het eigenbelang van de samenstellende delen dienen. Deel 2 "Wild Societies" gaat over primaten, vooral over mensapen. Welke gedragingen hebben we gemeenschappelijk met andere primatengroepen en wat kunnen we leren van de oorlogszuchtige chimpansees en de sexgerichte bonobo's? Wat is het verband tussen sociaal gedrag en intelligentie? Hier komt het oude thema terug: de belangrijkste drijfveer voor de ontwikkeling van intelligentie was het om onze mensapencollega's te slim af te zijn en met hen samen te werken. Deel 3 "Developing a mind" gaat dieper in op de evolutie van intelligentie, hersenen en geest, aan de hand van de ontwikkeling van bevruchte eicel tot volwassene. In deel 4 "The Age of Humanity" schrijft Jolly over de ontwikkeling van cultuur en over de voortdurende beweging van individueel gedrag naar groepsgedrag. Jolly besluit met de suggestie dat we in de richting van een wereldorganisatie, ja zelfs een wereldorganisme gaan. Jolly zelf geeft aan dat het hoofdstuk waarin ze deze suggestie doet als science fiction afgedaan zou kunnen worden.
Afgezien van het speculatieve einde heeft "Lucy's nalatenschap" veel te bieden. Het is helder en met gevoel voor humor geschreven. Stukjes poezie en pentekeningen wisselen het proza af. Jolly stelt de vragen die een bioloog stelt, en die binnen de menswetenschappen te weinig gesteld worden (laat staan beantwoord): waarom sex?, waar komt intelligentie vandaan? En wat is intelligentie eigenlijk? De feiten en de ideeen die ze aandraagt zijn niet nieuw, maar alle recente bevindingen uit het veldonderzoek naar primaten en andere relevante onderzoeksrichtingen worden behandeld. De veelomvattendheid is misschien wel een nadeel. Er komt zoveel aan bod, dat sommige zaken misschien wat al te weinig aandacht krijgen. Van de eerste cel tot en met de wereld in de toekomst, Jolly maakt duidelijk dat de biologie in toenemende mate in staat is een samenhangend beeld te geven van de menselijke natuur en van de plaats van de mensheid in de natuur. Biologen hebben een belangrijk verhaal te vertellen niet alleen over zelfzuchtigheid en competitie, maar juist ook over samenwerking en onderlinge afhankelijkheid, vanaf het samengaan van moleculen tot en met het onstaan van een soort met taal en cultuur. Jolly maakt duidelijk dat "zelfzuchtige genen" in interactie met hun omgeving geleid hebben tot liefde, vertrouwen en complexe samenlevingen. Niet onontkoombaar en niet doelbewust, want natuurlijke selectie is niet doelgericht. Dat blijft voor mensen, gewend als die zijn te denken in termen van bedoelingen, een lastige constatering. Dat is niet toevallig. Zoals Jolly ook aangeeft zijn we geprogrammeerd om sociobiologie, de theorie van zelfzuchtige genen, te wantrouwen en zelfs te verafschuwen. Haar boodschap is dat pas met de evolutie van het menselijk bewustzijn, doelgerichtheid in de wereld verscheen. Dat biedt de mogelijkheid om keuzes te maken.